Als je iets laat vallen, komt het op de grond terecht. Als je de stekker in het stopcontact doet, krijg je stroom. Als je een blauwe broek aanhebt, ziet iedereen dat die blauw is. Logisch. Maar hoe komt dat allemaal?

Dit heb je nu geleerd:

• Overal om je heen zijn krachten.
• Voorwerpen waarop je kracht  uitoefent, reageren volgens een vast principe, dus altijd op dezelfde manier
• Je hebt kracht nodig om een voorwerp te laten bewegen
• Maar ook heb je kracht nodig om een bewegend voorwerp van snelheid of richting te laten veranderen.
• Als op een bewegend voorwerp steeds dezelfde kracht werkt, zal het voorwerp versnellen of vertragen.
• Als je krcht uitoefent op een voorwerp, reageert dat voorwerp met een even grote tegengestelde kracht.
• Met een hefboom kun je je eigen kracht groter maken.

Dit heb je nu geleerd:

• Elektriciteit hebben we voor bijna alles nodig.'
• Zonder elektriciteit zou het donker, koud en stil zijn om ons heen.
• Veel apparaten krijgen hun energie van elektriciteit.
• Elektriciteit kan uit een stopcontact komen, maar ook uit een batterij of accu
• Elektriciteit is een stroom van elektronen, de kleinste geladen deeltjes die om een kern bewegen.
• De elektronen bewegen als ze rond kunnen stromen.
• In sommige stoffen bewegen elektronen gemakkelijk. Die stoffen noem je geleiders.
• In andere stof bewegen elektronen niet. Die stoffen noem je isolatoren.

Dit heb je nu geleerd:

• Licht heeft bijzondere eigenschappen, daardoor zie je niet altijd wat er is!
• Je ziet dingen pas als ze licht weerkaatsen. Witte dinge weerkaatsen al het licht. Zwarte dingen weerkaatsen geen licht.
• Wit licht bestaat uit alle kleuren van de regenboog.
• Lichtstralen veranderen van richting - ze breken - als ze van  de ene doorzichtige stof naar de andere gaan.
• je oog is een bol. De lens breekt de lichtstralen. Achter je oog worden de lichtstralen opgevangen en doorgestuurd naar je hersenen.

Je kent de betekenis van de volgende begrippen:

• Kracht; trekkracht, veerkracht, zwaartekracht
• Versnelling
• Vertraging
• Actie en reactie
• Hefboom
• Bronnen van stroom
• Elektronen
• Elektrische stroom
• Geleiden
• Isolatoren
• Lichtbreking
• Hoornvlies
• Lens
• Magnetisme
• Gezichtsbedrog