Expressieopdracht
Les 1:
In deze les tekenen we een silhouet. Dit doen we in drietallen. De drietallen vind je terug op deze yurlspagina.
Hoe doe je dit?
- Hang een vel wit papier tegen het raam, de muur of een deur en plak dit vast met plakband.
- Zet de zaklamp van je telefoon aan. Kind 1 houdt de zaklamp vast, kind 2 gaat bij het vel papier staan om het silhouet te tekenen en kind 3 gaat tussen de lamp en het papier zitten (zorg ervoor dat de schaduw/omtrek van je gezicht op het papier te zien is).
- Blijf goed stil staan. De schaduw (het silhouet) wordt nagetekend (omtrekken) op het papier.
Is het silhouet getekend?
Knip hem uit, leg hem op zwart papier, teken hem over en knip hem op het zwarte papier uit. Plak dit silhouet op een groter gekleurd vel.
Les 2:
Het zwarte silhouet heb je de vorige les gemaakt. Nu ga je aan de slag met de hersenen. Op wit papier ga je hersenen tekenen zoals je dat op het onderstaande plaatje ook ziet. Zorg ervoor dat deze hersenen in het zwarte silhouet passen. In de hersenen ga je antwoorden op de volgende vragen tekenen:
- Hoe ben jij slim?
- Hoe werken jouw hersenen?
- Wat helpt jou tijdens het leren?
- Welke meervoudige intelligentie past bij jou?
Door tekeningen in de hersenen laat je zien hoe jouw hersenen werken. Waar zitten de verschillende onderdelen in je hersenen? Welke onderdelen gebruik jij veel?
Wanneer je de tekeningen in de hersenen hebt getekend en ingekleurd, knip je de hersenen uit en plak je ze op je zwarte silhouet van je gezicht.